Wat is het verschil tussen slachtoffers van een oorlog en de oorlogsjournalist die daar verslag van doet? Met die vraag in mijn achterhoofd verliet ik afgelopen week filmhuis De Lieve Vrouw in Amersfoort. Ik had daar ‘A private war’ gezien: een film gebaseerd op de laatste levensjaren van Marie Colvin. Zij was oorlogscorrespondente en werd in Engeland twee keer gelauwerd tot ‘buitenlandverslaggeefster van het jaar’.

Bij een granaataanval in Oost-Timor verloor ze een oog. Ze was geen ‘embedded’ journaliste en liep dus niet aan het handje van militaire voorlichters. Ze drong op eigen gelegenheid door tot achter de frontlinies en sprak in Tsjetsjenië, Libië, Sierra Leone, Afghanistan, Syrië en tal van andere landen met de slachtoffers van oorlogsgeweld. Colvin liep een traumatische stressstoornis op en raakte aan de drank. De film ‘A private war’ begint vlak voor haar dood in Holms (Syrië) en schetst in flarden een beeld van de jaren daarvoor. We zien haar praten met de Libische leider Kadaffi, aanwezig zijn bij het openen van een massagraf in Irak, gewond raken in Oost-Timor, drinken, one-night stands beleven, ruziën met eindredacteuren en rennen voor haar leven.
Terughoudend
Volgens de recensie in De Volkskrant brengt ‘A private war’ zonder effectbejag de hoogspanning waaronder de journaliste moest werken indrukwekkend dichtbij. NRC noemt het een ingrijpende film zonder sensatiezucht. Toch had ik op een bepaald moment het idee dat ik naar een film van James Bond zat te kijken. Iets meer terughoudendheid was op zijn plaats geweest.
“Waarom doe je dit werk?” Dat is de vraag die altijd aan oorlogsjournalisten wordt gesteld. Het antwoord van Colvin, aan een beginnende collega: “Omdat het verhaal van de slachtoffers verteld moet worden. Omdat als wij dat niet doen, niemand het doet.”
De indrukwekkende film blijft hier wel erg aan de oppervlakte. Motieven van mensen gaan verder dan nobele oneliners. Het karakter van Marie Colvin blijft verder onuitgewerkt. Tijdens het kijken stoort dit niet, omdat het thema oorlogsjournalistiek alle aandacht opslokt.
Onmisbaar
Marie Colvin sterft in Holms. Zij is een van de laatste Westerse journalisten in de stad die door het Syrische leger kapot wordt geschoten. Via een krakkemikkige verbinding weet ze daar nog verslag van te doen. Collega’s smeken haar om een veilig heenkomen te zoeken. In het laatste shot van de film zien we Colvin naast een zwaar gewonde collega onder het puin liggen. Ze is geen oorlogsjournalist meer, maar slachtoffer van een oorlog.
Heeft haar werk zin gehad? Natuurlijk. De wereld heeft kennis gemaakt met anders verborgen gebleven oorlogsmisdaden. Nabestaanden hebben dankzij de inzet van Colvin een familielid teruggevonden. Maar nog steeds woedt er op heel veel plekken oorlog en zijn overal op de wereld onschuldige mensen slachtoffer van oorlogsgeweld. Oorlogsjournalisten zullen daar – helaas – nooit een einde aan kunnen maken.
‘A private war’ is een trieste ode aan de onmisbare oorlogsjournalistiek. Marie Colvin verdient het dat u de film gaat zien.
De film ‘A private war’ draait niet meer in de bioscoop, maar is onder meer op NPO-plus, Amazone Prime Video en YouTube te zien.
Terug naar www.onnoweggemans.nl